Reclame en presentatie

Reclame in ontwikkeling en presentatie

markers/presentation.png In Reclame in ontwikkeling en presentatie 82

Reclame in ontwikkeling en presentatie
Afbeelding: reclame bij Asselbergs in de Lievevrouwestraat 41 ( archief G Asselbergs)
Eind 19e eeuw kwam langzaam maar zeker de reclame-voering tot ontwikkeling. Er verschenen steeds meer massaproducten op de markt en het werd voor de knusse familie middenstanders opboksen tegen de groei van de grote industrieën.
Tot heden toe was er wel gebruik gemaakt van stadsomroepers, aanplakbiljetten, muurreclames, emaillen-borden en reclamezuilen. Muurreclames werden geplaatst op blinde stukken muur en die konden na verloop van tijd overgeschilderd of veranderd worden.
Veel zaken moesten nog door zowel de middenstander als de consument worden ontdekt en dat werd steeds meer gemeengoed door de ontwikkeling van reclames in de eveneens groeiende markt van de media. Na afschaffing van het dagbladzegel in 1869 explodeerden het aantal media. 
Zowel katholieken, protestanten en ook de politiek gingen ieder hun eigen nieuwsvoorziening publiceren en dat bracht natuurlijk ook meer advertenties tot leven. Stedelijk gezien was dat erg duidelijk te zien in uitgaves van de Zoom (katholiek - algemeen), de Bergse Courant ( protestant) en de Avondster ( katholiek). 
 
Aan het einde van WO1 is er de discussie over de inhoud van de reclame. Worden het kreten of gaan wij de boodschap verpakken in kunst? Hierdoor ontstaan o.a., naar Duits voorbeeld, de plaatjesalbums van Verkade….wie kent ze niet? De eerste massale landelijke reclameactie is de invoering van Blue Band met het bekende meisje in blauw.
Voor de plaatselijke illustratoren / tekenaars levert de groei van de reclamebestedingen weer wel de nodige inkomsten op. Enige bekende figuren toen zijn o.a. L. Weijts, H. Overhoff en Rijn Cameron.
Voorafgaand aan WOII draait heel veel van de reclame op de kreet: “koopt eigen Nederlands product” Het draait in deze tijd toch veel op surrogaat producten, maar de
grote industriële bedrijven gaan, ondanks beperkte materialen, gewoon door met adverteren. Ook maakt in WOII de bezetter veel gebruik van de media-reclame omdat zij hiermede hun propaganda makkelijker verspreiden.
Toen na WOII vanaf 1949 de rantsoeneringen langzaam maar zeker verdwenen, ontstond er weer een gezonde concurrentiestrijd. Het ging begin jaren 1950 steeds meer over de input van de zogenaamde “Lezerskringen”, die hun bevindingen doorgaven aan o.a. de media en het Nipo. Dit werd door
de Middenstandsbonden opgemerkt en daardoor werd de stichting “Reclame voor de Middenstand” opgericht. De doelen waren voorlichting en collectiviteit t.a.v. het voeren van reclame. Juist de collectiviteit was een speerpunt. De middenstanders hadden dat moeten leren in de vooroorlogse ( crisis)jaren.
Een bijkomende ontwikkeling was de gezamenlijke inkoop…..iets wat kort voor de oorlog al was gestart met o.a. De Spar (Door Eendrachtig Samenwerken Profiteren Allen Regelmatig), de Vivo, de Vege en ook de SHV e.a.. Deze organisaties waren voor hun leden erg belangrijk in hun “strijd “ tegen de crisis en na 1950 tegen de opkomst van de zelfbedieningszaken, iets later de cash and carry bedrijven en de supermarkten. Reclame voeren was en werd absoluut essentieel.

In de naoorlogse jaren veranderde er erg veel in de reclame wereld. Een gegeven uit de Amerikaanse reclamemarkt was het ontstaan van de marketing problematiek waarin niet het product maar de consument centraal stond. De verzuiling naderde zijn hoogtepunt, de consument werd steeds mondiger. De Consumentenbond ontstond om de reclamemakers aan banden te leggen. Het was een manipulatie maatschappij.
reclame 7
In de zestigerjaren en later draait het rigoureus om. Het is niet alleen het tijdperk van de nozems en Dolle Mina maar ook het eerste bloot op de TV. Dat schokte toen nog het hele land, maar enkele jaren later is het al geaccepteerd. Vanaf 1967 komt er ook reclame op radio en TV. De reclame artikelen vliegen je bijna om de oren, zoals suikerzakjes, sigarenbandjes, sleutelringen, lucifersdoosjes. In een later stadium worden dat theelepeltjes, speldjes, bordjes ( al dan niet nep- Delftsblauw), balpennen en stickers.
Zo komt de reclame-voering tot ontwikkeling en dat heeft ook gevolgen voor de stedelijke omgeving. Deze vraag staat altijd voorop: hoe bereiken wij onze kopers?
 

Tentoonstellingen en Vakbeurzen

markers/presentation.png In Reclame in ontwikkeling en presentatie 68

Voor oplossingen op die vraag waren in het begin van de 20e eeuw de tentoonstellingen ontstaan. Op een centrale plaats in de stad werden dan tenten opgetrokken en ingericht met uitstallingen van leveranciers, die zich daarvoor hadden ingeschreven. Deze beurzen werden ook aangekleed met amusement om uiteraard veel kijkers en kopers te trekken. Beurzen, die om het jaar of binnen een bepaalde periode werden georganiseerd.
 Daarnaast had je in Bergen op Zoom de Winkelweken, al dan niet van een enkele straat tot samengaan van meerdere; Promoties, Vakwerktentoonstellingen en de nu nog bekende Krabbenfoor, die in 1964 als Bourgondische Braderie werd opgestart.
Deze activiteiten waren uiteraard van belang voor de middenstander en vele van hen waren dan ook betrokken bij deze vorm van presentatie. Niet alleen de winkelier, maar ook de garagehouders, de hotels, restaurants en café's en ook de toeristische hotspots werden hierdoor steeds meer op de kaart gezet en dus mogelijke verdiensten op langere termijn.
Enkele grote organisaties waren  

Internationale tentoonstelling van Landbouw, Tuinbouw en Nijverheid. 24 Aug. t/m 8 Sept. 1912

markers/presentation.png In Reclame in ontwikkeling en presentatie 84

In 1912 werd voor het eerst sinds jaren een enorme tentoonstelling georganiseerd op de terreinen van Plein XIII.
Er werden kosten noch moeite gespaard om deze internationale bijeenkomst de nodige grandeur te verlenen. Zo kon het gebeuren dat Z.K.H Prins Hendrik op 4 september persoonlijk de beurs met een bezoek vereerde, terwijl H.M de Koningin en H M de Koningin-moeder prijzen ter beschikking hadden gesteld.

Naast dit bezoek waren er volop ( internationale) matches, autowedstrijden en vermaak. Dat bestond uit de eerder genoemde acties en daarnaast op zowel maandag als dinsdag een groot muziekfestival en toneel. Tevens waren er een honden- en een paardententoonstelling. Er werden ook vliegdemonstraties gegeven, er was een Concours Hippique en de zaterdag werd afgesloten met een fantastisch vuurwerk.
 
Heel specifiek was de demonstratie van een broedmachine uit Lepelstraat.
Jammer genoeg werd de tentoonstelling door erg slecht weer omlijst. De opgestelde tenten bleken echter prima gezekerd te zijn. Een forse storm kon gelukkig geen schade aanrichten.
Speciaal voor deze tentoonstelling werden er ca 15 sluitzegels ontworpen. Deze werden vormgegeven door de directeur van de gemeentelijke tekenschool de heer Disco.
Het stelde verschillende plekjes in de stad voor geflankeerd door twee leeuwen met de vermelding van begin- en einddatum van de tentoonstelling.

RIO – Tentoonstelling ( Reclame is Onmisbaar) 18 – 26 Juli 1925

markers/presentation.png In Reclame in ontwikkeling en presentatie 62

Binnen een jaar waren er in Bergen op Zoom maar liefst drie tentoonstellingen. De Bamit ( een lokale handels- en industrie beurs), de Slagersvaktentoonstelling en de grootste en meest uitgebreide de RIO – tentoonstelling.
Deze beurs werd groots aangepakt. Indachtig het thema van de beurs “Reclame” werden kosten noch moeite gespaard om de bekendheid te vergroten en de nodige standhouders aan te trekken.
 

Al vroeg in het jaar werden sluitzegels, stempels en vlaggen ( rood-wit) uitgegeven en de standhouders werden verzocht hun advertenties en correspondentie met het logo van de beurs te verfraaien. Speciaal was de door H. Zander ( musicus en winkel in de Lievevrouwenstraat) gecomponeerde RIO – mars, die vele malen ten gehore werd gebracht.
Uiteindelijk kwamen er 127 stands, waarvan 1/3 deel alleen al Bergse zaken waren. Daarbij viel de firma Schetters met 6 stands duidelijk op. Veel zaken hadden hun uiterste best gedaan hun stand een geweldige aanblik te geven.
De tentoonstelling werd geopend met een muziekfestival bij het station, waar grote borden de treinbezoekers verwezen naar de plaats van de beurs in de Thalia-tuin en gebouwen. De bekendheid werd gestimuleerd door de Bergse media ( de Zoom en de Avondster ), die dagelijks een verslag van de activiteiten gaven.
De befaamde muziekkiosk in de tuin van Thalia was omgetoverd tot een Japans prieel en in de kelder zat een “Beiers café de Ratskeller”, zodat het de bezoekers aan niets ontbrak. De ruimtes in de tuin waren volgebouwd tot aan de Kerkstraat en er was zelfs een brug gebouwd, waarmee men op het hoge gedeelte van de tuin kon komen.  
De stand van Alphons van de Ouderaa
 
De Nederlandse zuivelindustrie was overduidelijk aanwezig om de gezonde boodschap van melk aan te prijzen. Nederland was nog niet overtuigd van de voedingswaarde van melk, terwijl in landen rondom ons melk in veel hoger aanzien stond. Bij de afsluiting zondag 26 juli werd vastgesteld dat de beurs meer dan gedacht aan de verwachtingen had voldaan. Het Beurscomiteé, bestaande uit de heren C Becht, J v d Kreek, Th. Benning en Louis Weijts, kreeg dan ook van veel kanten de nodige lof toegezwaaid.

D.I.R.A.G.O. 1935 ( Door Intense Reclame Altijd Grotere Omzet )

markers/presentation.png In Reclame in ontwikkeling en presentatie 55

D.I.R.A.G.O. 1935  ( Door Intense Reclame Altijd Grotere Omzet )
Afbeelding: De kameel in actie
In gebouw Thalia werd van 20 t/m 28 juli 1935 deze grote beurs georganiseerd. Het was crisistijd en de organisatie hoopte dat deze beurs mee zou werken aan een betere verkoop. Door reclame te voeren met o.a. kamelen moesten de kopers in die periode naar Thalia worden gelokt. Dat was hard nodig in deze crisistijd.
Ook door de pers werd in ruime mate aandacht geschonken aan deze beurs, niet alleen in de omgeving, maar ook op Tholen en in Zuid Beveland. Overigens waren de Bergse kranten trouw aan het thema van deze beurs: eenheid en samenwerking. Zij brachten gezamenlijk een Dirago-krant uit.
 
De gemeente stand
De beurs werd bekostigd zonder een enkele cent subsidie. De standhouders betaalden huur voor de plek, waar zij stonden en kleedden zelf hun stands aan. De reclame en zaal-inrichting werd door het organisatiecomité gedaan met gelden uit de entree en attracties.
Ook de gemeente heeft zijn steentje bijgedragen. De heer Slootmans had een stand ingericht met gevonden gebruiksvoorwerpen uit de oudheid.
Het VVV had eveneens hun duit in het zakje gedaan.
Een speciale vermelding viel ten deel aan de dagelijkse crisis Zuivel – demonstratie. De regering stuurde aan op de leus: “koop eigen Nederlands product” en de Nijverheidsschool stuurde dagelijks de nodige studenten naar deze voorlichtingen door het Zuivelbureau. Ook veel huisvrouwen vonden deze stand erg snel.
Bij de afsluiting van de beurs werd alom grote tevredenheid uitgesproken over hetgeen geboden was en de positieve gevolgen daarvan.