Bunkers worden opgezet voor verdedigingsdoeleinden, opslagruimtes, schuilplaats of gewondenverzorging. Zoals de bunkers, die kort in de buurt van de hoeve het Hoofdkwartier aan de nu Pieter Breughelstraat lagen in Nieuw-Borgvliet. Daar stonden een grote en een kleinere bunker.
De rode pijlen op het kaartje, ingetekend door N Kemperman
Dit verhaal is een vervolg op document
De bunkers op Nieuw-Borgvliet.
Na beëindiging van de oorlog stonden deze bunkers roerloos te wachten op de dingen , die zouden gaan komen.
Drie resterende bunkers
Een aantal van dit soort “gebouwen”, waaronder de drie resterende bunkers op Nieuw-Borgvliet, werd pas in 1963 gesloopt. Voordat het zover was hebben er een aantal activiteiten in de grootste bunker plaats gevonden. Vanaf het einde van de oorlog tot de sluiting van de bunkers in 1961 bleken beide bunkers een waar speelterrein voor de Borgvlietse jeugd te zijn.
De bunkers op de achtergrond gezien vanaf de Pieter Breughelstraat (foto privé-archief)
Buiten de bekende klauter- en snuffelspelen, vliegeren en appeltjes jatten bij de Moor werd er ook het dorpseigen “Zandhappertje” gespeeld. Dit was een variatie op het algemeen bekende Landkappertje.
Champignons
Het naoorlogs gebruik van de grootste bunker ontstond door de ontwikkeling van de champignoncultuur in Nederland. Deze ontwikkeling had plaats door de gegroeide vraag naar dit product. Men had ontdekt dat de luchtvochtigheid en temperatuur in de bunkers meestal zeer constant te houden was. Dat was voor champignons de beste omgeving om te groeien, omdat de kweek ervan onderhevig is aan diverse temperaturen in de verschillende fases van de kweek. Deze temperaturen kunnen zo en met behulp van een verwarmingsunit goed in de hand worden gehouden.
Paardenmest
In Zuid-Holland, Utrecht en Limburg waren al een aantal van deze kwekerijen en de resultaten waren veel belovend. In Bergen op Zoom startten de heren Sitsen en Kooy in 1952 met een dergelijk project in de grootste bunker naast het Hoofdkwartier. Het champignon-broed kwam daarvoor uit Engeland en werd uitgezet in paardenmest. Champignons zijn erg gevoelig voor schimmels en andere zwammen dus de kweek vereist zeer grote zorgzaamheid. Het ontbreken daarvan kan bij wijze van spreken in één nacht je totale broed verdelgen. In de kleinere bunker hebben beide heren proeven gedaan met het kweken van asperges in de winter.
Foto uit de Stem dd 5 november 1953
Dat is bij één experiment gebleven. Wanneer ze daar met de champignons zijn gestopt is niet duidelijk, maar de heer Kooy is met partner Welman jr. later verder gegaan in de oude brouwerij aan het Brouwerijbaantje. Een volgende actie vond plaats tijdens de watersnoodramp in 1953. Het water was in de Augustapolder opgerukt tot aan de voet van de Brombeer. (Lees ook Augustapolder tijdens de watersnood - in het BHIC).
Tekening in blad van v.v. Nieuw-Borgvliet, tek: Leo Geutjes
De Brombeer werd afgegraven omdat het materiaal ervan zeer geschikt was voor het dichten van de dijk bij de Kraaijenberg. Daardoor konden de voetbalteams van vv Nieuw-Borgvliet niet meer trainen op de Brombeer en werden de jeugdtrainingen gehouden op het oude HMS – veld. Daarbij werd de grote bunker als kleedlokaal gebruikt.
Detail uit een brief van Ministerie van Defensie aan de gemeente Bergen op Zoom ( WBA-archief 0008)
Enkele jaren later bleek er in de grote bunker een friet-aardappelopslag te zitten van Soeters totdat de gemeente de bunkers afsloot ten behoeve van de sloop van deze oude verdedigingswerken. Dat kostte de gemeente een bedrag van ca 22.000 gulden. Voor dit bedrag konden de bunkers bij het Hoofdkwartier en de bunker op de hoek Antwerpsestraatweg en de Albert Cuypstraat worden gesloopt. De sloop werd in 1963 uitgevoerd door de firma Stouthart uit Bergen op Zoom en afgemaakt door de firma Coppens. Hierna werd een nieuwe wijk in Borgvliet ontwikkeld.
1. met omrand de bunker 2 Oude Huijbergsebaan 3 kerk H. Antonius Abt 4. Zeeheldenbuurt 5. Antwerpsestraatweg 6. bekende wielerbaan De Raaijberg